ik heb het koud
er is niemand die mij warm houdt
het verkeer raast
in de levendige straat
ik huil in stilte
tranen langs afgesloten ramen
was het maar voorbij
eenzaam aan mezelf overgelaten
als tijdverdrijf
klop ik tegen muren
bestudeer schimmelkringen
klapper met de ramen
en ik wacht …wacht ………..wacht
ik koester herinneringen
aan bewoners
die veilig in mij woonden
herbeleef het leven
en voor even
voel ik me niet alleen
en droom……
tot de sloophamer komt