Pompoenenkind
Optimist met buitensporige levenszin Van verdraaide spriet snel opgroeiend tot karaktervol pittig ding Klimmend en
Schapenwolken
Een uitgestrekte groep schapenwolken komt kalmpjes overgegleden Geen gemekker of geblaat maar gedwee en stilletjes
Mozaïek
Een plastic magneet met glitterstenen vastgekleefd op een stuk oud roest straalt mij zomaar ergens
Wespenbal
Opgedroogde bron van inspiratie als een frommelige prop bruin pakpapier weggerold en afgedaan opgelost in
Pruimentijd
En dan is het plotseling pruimentijd honderden fluweel paarse kwetsen hangen zij aan zij, in
Sterrenkunde
Vallende ster als verdwaald lichtje op aarde verder gegaan Waar ze zat is een zwart
Tunnelvisie
jong is alles oneindig groot mogelijkheden ongekend je kan de hele wereld aan lichamelijke gebreken
Droogtij
Ooit de golven van de Dollard overwonnen het brakke land met pijn en moeite ingedamd
Punt van Reide
Schaamteloos schuttinggluren starend naar de waterkant in de lens een klein strand de zeehond ziet
Luchtballet
Bijna schemer zwermen muggen tere vleugels als kanten tutu’s een opgewekte wolkendans De zwaluwen in
Keitje
Kleine snottebel Wiebelteentjes Op blote voetjes Springend in een modderplas Schatergelach Dan in je hand
Haast
Vanwaar die haast Van hot naar her Opgejaagd door zorgen Verplichtingen hier en daar Voordat
Dit late uur
De schemer reeds lang vervlogen Donkere deken van de nacht Beschermend en besloten In stilte
Midzomernacht
Het Kikkerkwaakkoortje, een besloten herengezelschap met amoureuze bedoelingen, doet de schemernachtsuitvoering in een nietszeggende greppel,
Gronings gebruik
Welkom achterom Klompen uit Op sokken aan de thee Die is nog te heet Rustig
Waslijn
Een rij wapperende onderbroeken smetteloos spierwit gebleekt Starre houten knijpers dempen hun uitbundigheid Een kanten